Interviews

Nieuwe groepen hulpvragers

Marco Florijn
voorzitter NVVK

Het Waarborgfonds Saneringskredieten ging live

Frank Dijkstra | programmadirecteur

Schulden regelen 2.0

Evertjan Slootweg
voorzitter stichting Schuldenknooppunt


Marco Florijn, voorzitter NVVK:

‘We krijgen te maken met nieuwe groepen hulpvragers. We doen wat we kunnen, maar kunnen het niet alleen’

De snel veranderende economische situatie was in 2021 al een uitdaging maar wordt dat in 2022 nog veel meer, is de overtuiging van NVVK-voorzitter Marco Florijn. ‘Natuurlijk doen onze leden wat ze kunnen, en dat is heel veel. Maar een deel van de oplossing ligt buiten hun handen. Dat verhaal zullen we dit jaar samen met onze partners goed overbrengen bij het rijk.’

Een recente bijeenkomst van de Raad van Advies van de NVVK was een onthullend moment voor hem, vertelt Marco Florijn. ‘In die raad zitten vertegenwoordigers van banken, van verzekeraars, van het Nibud en anderen. We constateerden eigenlijk allemaal dat zich een nieuwe groep hulpvragers vormt, aan de onderkant van de middenklasse. Mensen met een baan, met een koopwoning. Die je normaal niet vaak tegenkomt in de schuldhulpverlening.

Broekriem aanhalen lukt niet meer

Het is een groep waar al veel tegenaan gepraat is via bijvoorbeeld budgetadvies, weet Florijn. ’Probeer te besparen, haal de broekriem aan, voorkom nieuwe schulden’, vertellen we ze. Maar inmiddels is de rek eruit bij die mensen. Zij snappen heel goed dat je door minder vaak uit eten te gaan veel kunt besparen, maar voor hen is dat geen oplossing. Premier Rutte heeft een poosje geleden terecht uitgesproken dat we allemaal ‘wat armer zullen worden’ door de huidige internationale ontwikkelingen en door de energiecrisis. Voor veel Nederlanders is dat ook helemaal niet zo erg.’

Minder inkomsten dan onvermijdbare uitgaven

Florijn: ‘Maar voor mensen aan de onderkant van de middenklasse betekent het soms dat ze hun kinderen niet meer kunnen geven wat ze nodig hebben. Dat ze hun huis niet meer kunnen betalen. Zij hebben simpelweg te weinig inkomsten voor de uitgaven die ze moeten doen. Hun bestaanszekerheid is in het geding. In coronatijd is bij veel ondernemers een enorm bedrag aan eigen vermogen verdampt. Daar komt de energiecrisis nu overheen. Voor die groep geldt eigenlijk dat we als hulpverleners een beetje als konijnen in een koplamp staren. We zien de ontwikkeling, maar we kunnen het niet zelf oplossen.’

Eerder hulp bieden helpt

Een van de manieren om de koe bij de horens te vatten is het opstellen van scenario’s. Daaruit wordt duidelijk welke groepen in de knel gaan komen. Het stelt werkgevers, CAO-onderhandelaars en het rijk in staat passend beleid te ontwikkelen. Florijn: ‘Onze leden zitten ondertussen niet stil natuurlijk. We hebben in 2021 vroegsignalering verder ontwikkeld, daar gaan we mee door. Dat helpt omdat je bij mensen komt met minder schuldeisers en een lager gemiddeld schuldbedrag. Die je bij voorkeur ook hun koopwoning laat behouden, als het even kan.’

Focus houden, kennis inzetten, samenwerken

‘We focussen ook op de hulp aan ondernemers, voor wie we de route naar hulp gaan vergemakkelijken. Onze inzet op saneringskredieten, het NVVK Arrangement en convenanten met schuldeisers bepaalde in 2021 onze koers. Dat zal in 2022 ook zo zijn. We komen uit een tijd waarin er van alles werd geprobeerd op allerlei gebieden. De focus die we nu hebben heeft effect en helpt om meer mensen te bereiken. Daarbij zetten we de kwaliteiten van onze leden in, en gebruiken we ons brede netwerk. Meer dan ooit moeten we het samen doen. De professional met de vrijwilliger, de schuldhulpverlener met de bewindvoerder en met het wijkteam, de NVVK met al haar partners en verwante organisaties.’

"Er dient zich een nieuwe groep hulpvragers aan: mensen met een baan en een koophuis"


Frank Dijkstra, programmadirecteur Waarborgfonds Saneringskredieten:

‘Na jarenlange lobby NVVK kan Waarborgfonds nu aan de slag’

Onderzoeken, discussies, veel gesprekken met ministeries en steun van de Tweede Kamer leidden in 2020 tot groen licht voor het opzetten van een landelijk Waarborgfonds Saneringskredieten. In 2021 werden alle voorbereidingen getroffen. En sinds het voorjaar van 2022 functioneert het Waarborgfonds, vertelt programmadirecteur Frank Dijkstra.

Dijkstra is sinds 1 januari programmadirecteur. Hij leidde de laatste voorbereidingen en sloot onlangs de eerste Kredietbank aan. Daardoor zijn er nu al honderden saneringskredieten waar het Waarborgfonds garant voor staat. Het kunnen er nog veel meer worden, want het Waarborgfonds is gestart met een subsidie van 30 miljoen euro. Omdat een schuld van bijvoorbeeld 30.000 euro na sanering vaak nog maar 3.000 euro bedraagt en het Waarborgfonds maar voor een klein deel van dat bedrag borg hoeft te staan, kan het Waarborgfonds miljarden aan schulden oplossen.

Welke mijlpalen kende 2021 voor het Waarborgfonds?

Frank Dijkstra: ‘Het jaar 2021 was voor het Waarborgfonds een voorbereidingsjaar. We kregen subsidie en konden de organisatie daardoor opbouwen. We zijn daarvoor een jaar lang wekelijks bij elkaar geweest, en hebben het fonds in nauwe samenwerking met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ingericht. In december gaf staatssecretaris Wiersma het officiële startsein voor het werk van het Waarborgfonds.

Wat zijn de belangrijkste concrete resultaten van 2021?

We zijn erin geslaagd een beheerorganisatie op te zetten waarin de administratieve lasten zo beperkt mogelijk blijven. Dat is belangrijk om de beheerkosten laag te houden.
In 2021 hebben we ook contact gelegd met Kredietbanken om voor gemeenten het loket te vormen van het Waarborgfonds. Iedere gemeente in heel Nederland kan nu met een Kredietbank in de buurt schakelen om saneringskredieten in te zetten voor schuldregelingen.

Welke uitdagingen heeft het Waarborgfonds in 2021 het hoofd geboden?

Uit onderzoek in de periode voordat het Waarborgfonds werd opgericht werd duidelijk dat hulpvragers die bij de gemeentelijke schuldhulpverlening aankloppen, niet de enige doelgroep zouden worden voor het fonds. Het uitgangspunt is bijvoorbeeld dat het saneringskrediet wordt terugbetaald. Maar jongeren hebben vaak geen afloscapaciteit. Daarnaast melden mensen met schulden zich niet altijd bij de gemeente, soms komen ze eerst binnen bij vrijwilligersorganisaties of andere instellingen. Daarnaast is het verlenen van saneringskredieten aan zzp’ers ingewikkeld omdat zij vaak hoge schulden hebben. Voor deze drie groepen starten we daarom pilots, die we in 2021 al hebben voorbereid. Dat doen we samen met onder andere het Jongerenperspectieffonds en Schuldhulpmaatje. De pilot voor ondernemers zijn we nog aan het uitwerken.

Wat maakt jou het meest enthousiast als het gaat om het werk voor het Waarborgfonds?

Waar ik erg blij van word is dat wij met het Waarborgfonds Saneringskredieten de inzet van het saneringskrediet breed toegankelijk kunnen maken. Nu dragen gemeenten de risico’s en niet elke gemeente kan of wil dit risico dragen.
Persoonlijk ben ik groot voorstander van het saneringskrediet en gun ik iedereen in een problematische schuldsituatie perspectief op een schuldenvrije toekomst. En dat biedt het saneringskrediet. En mocht het onverhoopt niet lukken dit krediet af te lossen dan is er het Waarborgfonds om de gemeente schadeloos te stellen. Waardoor de klant alsnog uit de problemen is.

Wat is inzake het werk van het Waarborgfonds je belangrijkste boodschap aan de lezer?

Het Waarborgfonds biedt een prachtige mogelijkheid het saneringskrediet breed toegankelijk te maken door drempels weg te nemen. De pilots met jongeren en hulpvragers via andere kanalen laten zien dat de toepassing van saneringskredieten met een dekking uit het Waarborgfonds nog uitgebreid kan worden. Ik vind dat er veel meer gewerkt kan worden met verantwoorde kredietverstrekking door kredietbanken. Om dit mogelijk te maken zou het waarborgfonds nog breder toegankelijk moeten worden. Naast het borgen van saneringskredieten kun je ook denken aan een borgstelling voor sociaal krediet dat wordt ingezet binnen de preventie om een verdere schuldenproblematiek te voorkomen. Mensen kunnen dan geld lenen om hun verschillende schuldeisers af te betalen, de dure incassokosten stoppen en er is nog maar één schuldeiser over. Kortom, we denken graag door over vernieuwende toepassingen!

‘Met het Waarborgfonds maken we de inzet van het saneringskrediet breed toegankelijk.’


Evert Jan Slootweg, voorzitter stichting Schuldenknooppunt:

‘Dit is techniek die kwetsbare mensen helpt’

In 2021 boekte het Schuldenknooppunt gestaag vooruitgang, terwijl er ook de nodige uitdagingen waren. Voorzitter en oud-CDA Tweede Kamerlid Evert Jan Slootweg verwacht dat het aantal gebruikers (zowel vanuit de overheid als uit de private sector) in 2022 flink toeneemt.

Techniek werkt vaak in het nadeel van de kwetsbaren in de samenleving, weet Slootweg als oud-Kamerlid. Wat als innovatie gebracht wordt, werpt nogal eens drempels op. Daarom is hij enthousiast over het Schuldenknooppunt. ‘Dit is techniek die kwetsbare mensen niet hindert, maar juist helpt’, zegt hij.

Welke mijlpalen bereikte het Schuldenknooppunt in 2021?

Slootweg: “De belangrijkste mijlpaal is: we slagen erin het Schuldenknooppunt steeds verder uit te bouwen. We weten met name schuldeisers goed te bereiken, en daarbinnen zowel private- als overheidsschuldeisers. Dat is ook belangrijk, dat schuldeisers mee gaan doen die uiteenlopende achtergronden hebben. Bij beide groepen zijn er belangrijke schuldeisers die zich voorbereiden op aansluiting. Behalve met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben we nu ook goed contact met de ministeries van Justitie en Veiligheid en van Financiën. De relatie en de samenwerking met het CJIB en de Belastingdienst is versterkt. Het CAK heeft toegezegd aan te gaan sluiten. Dat is op zijn beurt ook weer belangrijk voor private schuldeisers die bezig zijn aan te haken, zoals Achmea en VGZ. In het zorgdomein loopt het nu goed, we draaien pilots bij de Belastingdienst en we hopen dat er nu snel meer private schuldeisers aanhaken, ook buiten het zorgdomein.”

Wat zijn de belangrijkste concrete resultaten van 2021 voor de gebruikers?

Een grotere groep sluit aan, daardoor groeit het berichtenverkeer. Er verschijnen meer updates, waardoor de gebruiksvriendelijkheid toeneemt. Daar blijven we aan werken trouwens. Maar dat steeds meer partijen meedoen is erg fijn voor bestaande gebruikers.

Welke uitdagingen heeft het Schuldenknooppunt in 2021 het hoofd geboden?

Een nieuw product onder de aandacht brengen was moeilijk, in coronatijd. Een op een-contact is toch belangrijk als je over zoiets in gesprek gaat. Ik ben dus blij dat we nu meer persoonlijke contacten kunnen hebben. Het ontbreken van die mogelijkheid is de reden dat we om verder te komen in 2021 meer tijd nodig hadden dan we hoopten. Ook de financiële positie was af en toe spannend, maar die ziet er inmiddels alweer beter uit.

Wat maakt jou het meest enthousiast als het gaat om het concept van het Schuldenknooppunt?

Het gaat over constructieve samenwerking tussen schuldeisers en schuldhulpverleners, waar die vaak tegenover elkaar staan. Bij de snelle uitwisseling van informatie hebben ze allebei belang, en men weet elkaar nu te vinden in het Schuldenknooppunt. Daar ben ik enthousiast over.
Dit betreft publiek-private samenwerking, in de structuur en in de governance is dat vanaf het begin ingebakken. Niet alleen de overheid participeert, maar ook het bedrijfsleven. Dat vind ik mooi.
De derde reden dat ik enthousiast ben is dat dit een vorm van automatisering is die nu eens niet in het nadeel van kwetsbare groepen werkt, maar in hun voordeel. Het Schuldenknooppunt is niet hinderend maar helpend. Het is een technische oplossing die kwetsbare groepen helpt om sneller de regie over hun leven terug te krijgen. Het Schuldenknooppunt werkt niet rechtstreeks voor mensen met schulden, maar door deze samenwerking via gegevensuitwisseling komt de oplossing voor de schulden wel sneller dichterbij.

‘Niet alleen de overheid participeert, maar ook het bedrijfsleven. Dat vind ik mooi.’

Wat is inzake het Schuldenknooppunt je belangrijkste boodschap aan de lezer?

Naarmate meer partijen aansluiten verloopt het berichtenverkeer via het Schuldenknooppunt sneller en zijn hulpvragers eerder uit de problemen. Schuldeisers besparen op hun administratieve kosten. Hier hebben dus schuldhulpverleners, schuldeisers en hulpvragers baat bij. Die win-win-win-situatie moeten we met zijn allen willen versterken. Bespreek deze toepassing dus in je netwerk. Aansluiten helpt degene die aansluit, want die boekt veel tijdwinst. Het helpt ook mensen in schulden. Het Schuldenknooppunt is een prachtig product. Maar het brengt ook anders werken met zich mee. Daarom hebben we iedereen nodig om dit onder de aandacht te brengen. Het zal tot gevolg hebben dat nog meer partijen aansluiten. Uit welbegrepen eigenbelang, en omdat het sociaal kwetsbaren in de samenleving helpt.’